Prof.dr.D.Brüll-prijs

"Men heeft mij voor (ziekelijk) anti-fiscaal versleten, maar men zal mij nooit hebben horen zeggen dat de belastingen te hoog zijn."

Met deze klaroenstoot nam Dieter Brüll op 2 september 1983 in de aula van de Universiteit van Amsterdam afscheid van het vak dat hij dertig jaar lang - in Amsterdam, Rotterdam en Tilburg, als universitair docent en hoogleraar - met passie had onderwezen: belastingrecht.

Het afscheid was vervroegd, want Brüll had er genoeg van. Het hedendaagse belastingrecht ('die jaarlijks veranderende nonsens') heeft niets meer met recht te maken, hield hij zijn gehoor voor. Dat blijven doceren wordt 'collaboratie'.

Dieter Brüll (1922-1996), geboren in Duitsland, gevlucht voor de Nazi's, was een buitenbeentje in de wereld van de fiscalisten. Daarvan getuigde zijn beroemde voordracht Fiscale Mythologie, die hij in 1974 voor vakgenoten had gehouden op de Belastingconsulentendag. Vlijmscherp was zijn kritiek op het gesloten belastingcircuit, waar inspecteurs, wetgevers en rechters regelmatig van pet wisselen en Montesqieus scheiding der machten een fictie is.
 
Om hem te eren èn zijn werk voort te zetten is de Prof. dr. D. Brüll-prijs ingesteld, die beoogt het leveren van kritisch commentaar op de kwaliteit van de belastingwetgeving en van de belastinginning te stimuleren. De prijs, € 15.000, wordt in principe om het jaar uitgereikt.

 

Dieter Brüll was een voorloper, maar geen eenling.

Prof. dr. J.A.G. van der Geld: "Er is een beeld ontstaan dat fiscale wetgeving steeds minder voldoet aan erkende uitgangspunten zoals rechtszekerheid, rechtsgelijkheid, controleerbaarheid, uitvoerbaarheid, afdwingbaar zijn." (Zicht op fiscale wetgeving, oratie, Tilburg 1991)
 
Prof. mr. dr. J.L.M. Gribnau: "De wetgever geeft de laatste tijd te gemakkelijk prioriteit aan snellere, in plaats van deugdelijke wetgeving. Zo wordt het wetgevingsproces een racebaan met haast onvermijdelijke ongelukken." (Fiscale ethiek, in Geschriften van de Vereniging voor Belastingwetenschap, nr. 243)

Prof. dr. J.W. Zwemmer: "De macht van de Belastingdienst is zeer groot. Serieus tegenspel van de volksvertegenwoordiging is er niet. Zij is wat betreft de belastingwetgeving een stempelmachine van de Belastingdienst geworden."